De Voerstreek (provincie Limburg/Vlaanderen) groepeert zes kleine dorpjes (van west naar oost: Moelingen, ‘s-Gravenvoeren, Sint-Martens-Voeren,
Sint-Pieters-Voeren, Teuven en Remersdaal) die ten zuiden van Limburg geplakt liggen tegen de Belgisch Nederlandse grens. In 1976 werden ze één fusiegemeente “Voeren”. De totale oppervlakte bedraagt 50 km2 en telt iets meer dan 4100 inwoners.
Je kunt er nog met recht en reden spreken van een vreedzaam, ongerept natuurlijk leefkader. De lucht is er zuiver en nergens wordt de horizon geschonden door rokende fabrieksschoorstenen of flatgebouwen. Het is een waar paradijs voor de wandelaar of fietser. Alles is er in harmonie met de natuur en het landschap. Met zijn romantische dorpskommen, waarin de kerk nog in het midden staat, de paternoster van kapelletjes en veldkruisen, oude hoeven, typische vakwerkhuisjes met silexmuren, kastelen met bijhorende domeinen, loofbossen, hoogstamboomgaarden, meidoornhagen en zijn onvergetelijke panorama’s, oefent de streek in elk seizoen een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op de bezoeker.
Je kunt er nog met recht en reden spreken van een vreedzaam, ongerept natuurlijk leefkader. De lucht is er zuiver en nergens wordt de horizon geschonden door rokende fabrieksschoorstenen of flatgebouwen. Het is een waar paradijs voor de wandelaar of fietser. Alles is er in harmonie met de natuur en het landschap. Met zijn romantische dorpskommen, waarin de kerk nog in het midden staat, de paternoster van kapelletjes en veldkruisen, oude hoeven, typische vakwerkhuisjes met silexmuren, kastelen met bijhorende domeinen, loofbossen, hoogstamboomgaarden, meidoornhagen en zijn onvergetelijke panorama’s, oefent de streek in elk seizoen een onweerstaanbare aantrekkingskracht uit op de bezoeker.